Meditatie

Meditatie – kerst – nieuwjaar – Jesaja 7+9 en Numeri 6

In deze laatste dagen van het jaar bereidt de christelijke kerk zich voor op het kerstfeest. Dan
wordt de geboorte van het Kind Jezus gevierd. Het verhaal van die geboorte in Bethlehem
staat in het Lucasevangelie met bekende dingen als een kribbe en een voerbak. Velen hadden
in die tijd de geboorte niet eens in de gaten. Maar eenvoudige herders werden er op gewezen
door engelen die Jezus’ komst vertelden en het uitzongen met het ‘Ere zij God in de hoge en
vrede op aarde’.
Wereldwijd vieren miljoenen mensen met Kerst dit grootste christelijke feest van het jaar. In
allerlei diensten komen gelovigen samen om de geboorte van het kind Jezus te vieren.
Het aansprekende thema in combinatie met de donkerste tijd van het jaar hebben Kerst het
voornaamste feest van het jaar gemaakt. Daarbij zijn tradities rond het kerstfeest verschillend
en wereldwijde commerciële kerstgewoonten dringen overal door, ook in ons land.
Wij kennen in die tijd van Kerst onze verlichte huizen en straten met versierde winkels. Maar
dit is uiterlijke schijn. Op zich niets mis met knusheid, warmte en kaarslicht. Maar dat is niet
hét kenmerk van Kerst voor ons christenen. Wij vieren met Kerst dat Gods Zoon als kind in de
kribbe naar deze aarde is gekomen. En de vraag is dan wat de boodschap van Kerst is als je
terugkijkt op wat er in wereld en samenleving allemaal gebeurt. En dat is (om het met een
kerstwoord te zeggen) niet altijd en overal ‘vrede op aarde’.
Nu was de tijd voordat Jezus op aarde kwam ook geen gemakkelijke en vredevolle tijd.
Gods knecht de profeet Jesaja moest in zijn tijd, met volop oorlogsdreiging, de komst van het
Kind Jezus aankondigen. Jesaja moet dan namens de HERE zeggen niet te vertrouwen op eigen
plannen en op bevriende koningen en volken, maar op God. En daarbij geeft de HERE een
teken (Jesaja 7: 14): Zie, een maagd zal zwanger worden en een Zoon baren en ze moet Hem
de naam IMMANUEL geven, wat betekent: God is met ons. In die dreigende tijd geeft God een
teken…, het teken van een Kind… Dus ook in die tijd met dreiging van wereldmachten denkt
God aan Zijn volk. Hij blijft trouw, ondanks hun ontrouw.
Ja, Jesaja mag een blijde toekomstverwachting geven. Want, Jesaja kijkt ineens ver over de
dreiging van die tijd heen en voorziet grote en ongekende blijdschap. Hij zegt in Jesaja 9: Het
volk, dat in duisternis wandelt, zal een groot licht zien. Zij die wonen in het land van de
schaduw van de dood, over hen zal een licht schijnen. En dan volgt: Want een Kind is ons
geboren, een Zoon is ons gegeven, en de heerschappij rust op Zijn schouder. En men noemt Zijn
naam Wonderlijk, Raadsman, Sterke God, Eeuwige Vader, Vredevorst (Jesaja 9:5).
En die boodschap van Jesaja is uitgekomen. Die aangekondigde Verlosser, dat Kind Jezus is
geboren en dat mogen wij met Kerst gedenken en vieren. En dat in een wereld die op z’n kop
lijkt te staan met alles wat er om ons heen gebeurt en door wat wij, mensen er van gemaakt
hebben. De wereld lijdt. Zucht. De schepping kraakt in zijn voegen, ook door het ingrijpen van
de mens.
Ook in ons leven kan pijn en verdriet in onze ziel snijden. Kunnen we eenzaamheid voelen
door wat we allemaal hebben meegemaakt. Pijn, die komt, zo vertelt de Bijbel, door wat wij
als mensen er van hebben gemaakt. Van God vandaan.

Want al in het begin van de mensheid zetten wij als mensen al de eerste stap. Toen God de
aarde schiep en ook de mens Adam geschapen werd, gingen we al buiten God om leven. Voor
onszelf god te spelen. We dachten dat we dat konden. Maar daardoor zijn we in een wereld
gekomen die lijdt.
God had toen kunnen besluiten om er een punt achter te zetten. Geen mensen meer op de
planeet aarde. Maar dat deed Hij niet. Want we zijn er nog. Omdat een kind werd geboren in
Bethlehem. Jezus. Daarom, dank U wel God, onze Vader in de Hemel, dat U zo voor ons zorgt.
Want wat heeft God gedaan? Dat vertelde de Here Jezus later zelf aan zijn discipelen (Joh.
3:16) ‘God had de wereld zo lief dat Hij Zijn enige Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem
gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft’.
Dus God heeft Zijn eigen Zoon naar de aarde gestuurd. Zijn enige. Dat betekent: het hoogste
wat Hij had, dat heeft God ingezet om de wereld te redden. Gegéven, staat er in die tekst. In
dat ene woord zit ál Gods liefde. Want wie gaat er nu zóver om niet maar vrienden te redden,
maar juist mensen die jou niet nodig hebben? Die jou links lieten liggen? God deed het!
Dát is Kerst. Alles had God er voor over, opdat wij niet voorgoed verloren zouden gaan.
Maar vraagt u zich misschien af, wat zegt dat nu rond de jaarwisseling voor het komende jaar
als we elkaar het goede toewensen, zo van: “Veel heil en zegen in het nieuwe jaar….”.
We menen het immers goed. Maar het blijft bij een wens. We kunnen er zelf verder weinig
aan doen. Wij kunnen het goede niet sturen. Dat klopt. Maar dan mag ik u nog op een andere
uitspraak van God wijzen via zijn knecht Mozes, dat staat in Numeri 6.
Vandaag is het zondag en vlak voordat je de kerk uitgaat klinkt dan die bekende zegen aan het
einde van een kerkdienst, die woorden van Mozes uit Numeri 6. Want de HERE zei daar tegen
Mozes: “Spreek tot Aäron en zijn zonen: Zó moet u de Israëlieten, dus het volk van God,
zegenen: “De HERE zegene u en behoede u, de HERE doe Zijn aangezicht over u lichten en zij u
genadig; de HERE verheffe Zijn aangezicht over u en geve u vrede”. Dus als een ambtsdrager
zó Gods Naam op het volk van God legt, dan zal God hen zegenen.
Dat zijn bekende woorden, maar bekende woorden hebben ook een nadeel. Ze dringen niet
meer door. Die zegen.., oh ja, die hoort er ook nog bij. Daarna gaat de kerk uit. Soms lijkt de
zegen niet anders dan een startschot om naar huis te gaan. We zijn tenslotte al gaan staan en
staan op punt van vertrekken. Dringt de rijkdom van Gods laatste woord in de kerkdienst nog
wel tot ons door? Want God omringt ons met zijn zegen.
Én die voorganger spreekt in opdracht van God. Dus God zegt dan zelf aan het eind van de
dienst: Ik wil uw God zijn en u mag mijn volk wezen. Het is God zelf die de zegen meegeeft.
We gaan daarbij in de kerk ook stáán. Niet: klaar voor de start, en zo gauw mogelijk de kerk
uit. Maar als een houding van eerbied, ontzag en verwachting. We verwachten véél van God
die ons zegent, want God gaat met ons mee en wij krijgen die zegen.
En wat God zegt: neem dat serieus. Luister aandachtig naar de stem van de HERE uw God,
onderhoudt Zijn geboden, dan ontvangen we Gods zegen.
Beste luisteraar, zó gaan we een nieuwe week in en ook een nieuw jaar. Een jaar vol
verwachting van Hém. Als we in het nieuwe jaar optrekken met Gods Zoon, het kerstkind uit
Bethlehem, elke dag leven in liefde voor Hem, weet dán: het wordt een gezegend nieuw jaar.
Amen